Premies voor lijfrenten en bedragen betaald voor een lijfrentespaarrekening of –beleggingsrecht zijn onder bepaalde voorwaarden aftrekbaar. Indien is voldaan aan de voorwaarden voor lijfrentepremieaftrek, gelden vervolgens voor de hoogte van de premieaftrek, de volgende regels:
-
Betaalde bedragen zijn aftrekbaar voor zover belastingplichtige een pensioentekort heeft en de AOW-leeftijd nog niet heeft bereikt. De hoogte van het aftrekbare bedrag moet bepaald worden aan de hand van de jaarruimte of reserveringsruimte. Bij de berekening van de jaarruimte zijn het inkomen en de pensioenaangroei van het voorafgaande kalenderjaar bepalend;
-
De jaarruimte bedraagt maximaal € 27.618. De reserveringsruimte bedraagt in het jaar van aftrek ten hoogste 17% van de premiegrondslag met een maximum van € 6.989. Voor belastingplichtigen die op 1 januari 2013 de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt, wordt het maximumbedrag van € 6.989 verhoogd tot € 13.802.
Premies voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering en premies van lijfrenten voor meerderjarige invalide (klein)kinderen zijn niet gebonden aan een maximaal aftrekbedrag. De maximale premiegrondslag is voor 2013 € 162.457.
De in te bouwen AOWfranchise bij de berekening van de jaarruimte is € 11.829. Voor tijdelijke oudedagslijfrenten is het maximale bedrag van de jaaruitkering in 2013 € 20.953.
Er is geldt een fiscaalverzachtende afkoopregeling voor lijfrenteverzekeringen met een waarde in het economische verkeer van maximaal € 4.242. De afkoop van een dergelijke "kleine lijfrente" wordt alleen in de heffing van inkomstenbelasting betrokken. De berekening van de revisierente – die normaliter verschuldigd is – blijft hierbij achterwege.
Geef een reactie