Het Hof oordeelt dat degene die de aangifte BPM heeft gedaan het recht heeft om daartegen bezwaar te maken. De naheffingsaanslagen zijn niet prematuur en niet in strijd met het wettelijke systeem opgelegd. Anders dan de rechbank komt het Hof tot het oordeel dat er geen aanspraak is op een integrale proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase; het Hof kent een verlaagde forfaitaire vergoeding toe…
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHAMS:2013:3566
Geef een reactie