Tussen partijen is in geschil of de voorlopige aanslag terecht is opgelegd. Het geschil spitst zich toe op het antwoord op de vraag of belanghebbende de woning meer dan 90 dagen van het belastingjaar, dat gelijk is aan het kalenderjaar, voor zichzelf of zijn gezin beschikbaar gehouden heeft in de zin van artikel 2, eerste lid, van de Verordening op de heffing en invordering van forensenbelastin…
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHARL:2014:915
Geef een reactie