In hoger beroep betreft het geschil de schending van de hoorplicht en de vergoeding van rente wegens het niet tijdig voldoen van de immateriele schade. De rechtbank heeft naar ’s Hofs oordeel met betrekking tot alle onderdelen van het geschil – mogelijk met uitzondering van het oordeel dat de hoorplicht is geschonden – op goede gronden juist geoordeeld.
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHDHA:2018:2722&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie