In geschil is of voor het vaststellen van de verschuldigde BPM moet worden uitgegaan van de in de aangifte vermelde – daadwerkelijke – CO2-uitstoot van 388 gram per kilometer of van de in artikel 9, elfde lid, Wet BPM opgenomen CO2-uitstoot van 350 gram per kilometer.
Op het moment waarop aangifte BPM moet worden gedaan is er niet altijd (meer) een certificaat van overeenstemming (CVO) beschik…
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2016:15
Geef een reactie