Het hof is van oordeel dat de onbeperkte navorderingstermijn van artikel 66, lid 3, Successiewet 1956 niet onverbindend is, omdat er geen strijd met het legaliteitsbeginsel, artikel 1 EP en artikel 63 VWEU is.
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2020:1996&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie