Partijen zijn ter zitting bij wijze van compromis overeengekomen dat de waarde van de onroerende zaak per waardepeildatum 1 januari 2016 moet worden vastgesteld op € 369.000. Hoger beroep van de heffingsambtenaar en incidenteel hoger beroep van belanghebbende zijn ongegrond.
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2020:1999&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie