Dividendbelasting. Uit de in 2017 gegeven volmacht kan geen bevoegdheid tot het instellen van hoger beroep worden afgeleid. Ten aanzien van de latere, tijdens de beroepsfase door de indiener van het beroepschrift overgelegde machtigingen is het hof van oordeel dat niet aannemelijk is dat de volmachtgever – de (thans) schuldeiser van belanghebbende – bevoegd was om belanghebbende te vertegenwoor…
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2022:3785&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie