WOZ. Het hof is van oordeel dat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de vastgestelde waarde niet te hoog is. De rechtbank heeft de forfaitaire proceskostenvergoeding te laag vastgesteld, omdat het hogere tarief geldt en omdat er bij de rechtbank twee zittingen zijn geweest waar de gemachtigde van belanghebbende aanwezig was. De vergoeding van immateriële schade wegens overschrijdi…
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2023:1204&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie