Het hof verklaart het incidentele hoger beroep ontvankelijk. Niet is gebleken dat zich een omstandigheid heeft voorgedaan waardoor de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de gemachtigde zou zijn geëindigd. Tevens heeft belanghebbende een belang bij de procedure, omdat de proceskostenvergoeding haar in een betere positie kan brengen. De onderlinge afspraken tussen belanghebbende en de gemachtigde …
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2023:3702&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie