BV X heeft een deel van haar vermogen (waaronder onroerende zaken en op oproerende zaken gevestigde zakelijke rechten) afgesplitst met eiseres als verkrijgende vennootschap. Een dag later zijn de aandelen in eiseres door BV X verkocht aan BV Y.
Naar het oordeel van de rechtbank is de verkrijging niet vrijgesteld op grond van artikel 15, eerste lid, onderdeel h van de Wet op belastingen van rech…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2018:1191&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie