Het beroep ziet op de beschikking waarbij de waarde van de onroerende zaak is vastgesteld op € 795.000. De rechtbank is van oordeel dat verweerder de waarde aannemelijk heeft gemaakt. Hetgeen eiseres heeft aangevoerd, maakt het voorgaande niet anders. Beroep ongegrond.
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2023:17052&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie