Belanghebbende is een naar Belgisch recht opgerichte in België gevestigde vennootschap met één in Nederland woonachtige werknemer in dienst. Belanghebbende is werkgever als bedoeld in artikel 1 Wfsv, maar geen inhoudingsplichtige in de zin van de Wet LB 1964. Belanghebbende heeft geen inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zvw ingehouden ten behoeve van de werknemer. Partijen twisten over de uitleg van het begrip “inhoudingsplichtige”in artikel 1, onderdeel k, Wet Zvw. De inspecteur stelt dat een strikt grammaticale uitleg van dit begrip moet worden afgewezen en dat het nimmer de bedoeling is geweest om ïnhoudingsplichtige”te beperken tot de inhoudingsplichtige in de Wet LB 1964. Het Hof oordeelt dat doel en strekking van artikel 1, aanhef en onderdeel k Wet Zvw met zich brengt dat onder inhoudingsplichtige mede moet worden begrepen de werkgever in de zin van de Wfsv. Het beroep op het vertrouwensbeginsel dat belanghebbende doet, verwijzend naar een voorlichtingsbrochure verwerpt het Hof omdat er geen sprake is van een ten aanzien van dit punt bewuste standpuntbepaling. Het hoger beroep van de inspecteur is gegrond.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BV6840
Geef een reactie