In hoger beroep is, naar het Hof begrijpt, nog in geschil het antwoord op de volgende vragen: – Is voldaan aan de identificatieplicht als slechts de voorzijde van het ID-bewijs is gekopieerd? – Mag de loonheffingskorting worden toegepast als de werknemer de betreffende vakjes op de loonbelastingverklaring niet heeft aangekruist dan wel als de loonbelastingverklaring ontbreekt dan wel afwijkt? – Moet de Inspecteur niet bij de werkgever, maar bij de werknemer naheffen als de loonheffingskorting is toegepast terwijl geen loonbelastingverklaring is ingevuld? – Moet de Inspecteur niet bij de werkgever, maar bij de werknemer naheffen als de betreffende werknemer op de loonbelastingverklaring heeft aangegeven geen toepassing van de loonheffingskorting te wensen en belanghebbende desondanks deze korting heeft toegepast? – Heeft de Inspecteur in strijd gehandeld met het zorgvuldigheidsbeginsel, omdat hij, naar belanghebbende stelt, door zijn trage werkwijze heeft bewerkstelligd dat de loonheffing, na verhaal door de inhoudingsplichtige op de werknemers, niet meer door middel van verrekening met de door de desbetreffende werknemers verschuldigde inkomstenbelasting in aanmerking genomen kan worden? – Staat het gelijkheidsbeginsel in de weg aan de bestreden naheffingsaanslag?
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BV8231
Geef een reactie