OB. Kwalificatie prestaties. Belanghebbende is met prostituees huurovereenkomsten aangegaan voor de huur van een “bedrijfsunit” op locatie B. De prostituee kan op grond daarvan een “bedrijfsunit” gedurende een aantal uren per etmaal op de dagen dat zij wenst te werken gebruiken inclusief roerende en onroerende zaken. Belanghebbende draagt zorg voor de inrichting van de “bedrijfsunits” en is verantwoordelijk voor de gemeenschappelijke ruimten. Op grond van de onderhavige feiten is de rechtbank van oordeel dat met betrekking tot de seksuele handelingen aannemelijk is dat er een rechtsbetrekking bestond tussen de klant en de prostituee. Hetgeen belanghebbende vervolgens met de prostituee afrekent is dan enkel de vergoeding voor het gebruik van de kamer. Dit betekent dat alleen de vergoeding voor zover die het gebruik van de kamer betreft voor belanghebbende als omzet kan worden aangemerkt. Deze prestatie kan echter niet enkel gezien worden als de verhuur van een onroerende zaak. Van vrijgestelde verhuur in de zin van de Wet OB is geen sprake. De door belanghebbende geleverde prestatie moet dan worden belast naar het normale tarief.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BW3739
Geef een reactie