Aan belanghebbende zijn in het kader van het Rekeningenproject diverse navorderingsaanslagen met boeten opgelegd. Volgens de microfiches beschikte belanghebbende over meerdere rekeningen bij KB-Lux met een totaalsaldo van ƒ 4.105.922. Omdat het een saldo betreft van meer dan ƒ 500.000 heeft de Inspecteur het daadwerkelijke saldo tot uitgangspunt genomen. Het Hof volgt de Inspecteur in dezen. Naar het oordeel van het Hof kan het daadwerkelijke saldo ook als uitgangspunt dienen voor de bepaling van de hoogte van de boeten, maar moet bij het bepalen van het gerealiseerde rendement van een lager percentage worden uitgegaan dan de Inspecteur heeft verdedigd. De boeten worden mede daarom verminderd. Het Hof bepaalt dat het onderzoek wordt heropend ter voorbereiding van een nadere uitspraak over het verzoek om schadevergoeding van belanghebbende met betrekking tot de mogelijke overschrijding van de redelijke termijn en merkt de Staat der Nederlanden (de minister van Veiligheid en Justitie) aan als partij in die procedure.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BW9027
Geef een reactie