Wet WOZ. Waarde van een op de derde verdieping gelegen appartement met dakterras en berging. De Inspecteur heeft niet aannemelijk gemaakt dat de waarde van de onroerende zaak niet lager is dan € 193.000. Belanghebbende heeft overtuigend aangetoond dat bij de waardevaststelling door de Inspecteur, bezien tegen de achtergrond van de criteria van art. 17, tweede lid, Wet WOZ, onvoldoende rekening is gehouden met het effect dat de economische crisis op de huizenmarkt heeft gehad. De door belanghebbende gestelde waarde van de onroerende zaak van € 170.000 is niet onwaarschijnlijk te achten, zodat die waarde, nu de Inspecteur daar onvoldoende tegenover heeft gesteld, voor juist moet worden genomen.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BX0117
Geef een reactie