Kwijtschelding restantschuld. De stelling van appellante dat de bijzondere bijstand als gift is verleend, treft geen doel. Weliswaar is in het besluit van 11 mei 2006 vermeld dat “deze uitkering als gift” wordt verleend, maar uit de opgelegde aflossingsverplichting blijkt dat dit als een kennelijke fout moet worden aangemerkt en dat het college de bijzondere bijstand heeft verleend als geldlening. In hetgeen appellante heeft aangevoerd zijn geen bijzondere omstandigheden gelegen op grond waarvan het college aanleiding had moeten zien om in afwijking van zijn debiteurenbeleid tot een hoger bedrag kwijtschelding te verlenen.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BX1658
Geef een reactie