Omzetbelasting. Gegevens uit het proces-verbaal van de FIOD-ECD bevatten slechts aanwijzingen omtrent de betrokkenheid van belanghebbende bij de BTW-fraude en daaruit is geen direct en concreet bewijs te putten dat belanghebbende, althans een van haar vennoten, wist of had moeten weten van de BTW-fraude. De Inspecteur heeft hoegenaamd niets naar voren gebracht en ook, afgezien van enkele eerdere argumenten, op niets gewezen waaruit nochtans de voor de weigering van de vooraftrek vereiste betrokkenheid blijkt dan wel is te destilleren. Bovendien heeft de Inspecteur de door belanghebbende gegeven uiteenzetting niet afdoende weersproken.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BX2874
Geef een reactie