Belanghebbende heeft in 2002 haar onderneming verkocht en het bij deze verkoop behaalde resultaat toegevoegd aan een herinvesteringsreserve in de zin van artikel 3.54 van de Wet IB 2001. In geschil is of de Inspecteur in 2005 de winst terecht heeft verhoogd met het bedrag van de herinvesteringsreserve wegens vrijval van deze reserve. Het Hof oordeelt dat belanghebbende in 2002 haar onderneming heeft gestaakt en geen herinvesteringsreserve kon vormen ter zake van de door haar behaalde stakingswinst. Deze fout kan met toepassing van de foutenleer worden hersteld (vgl. HR 22 januari 2010, nr. 09/00477, BNB 2010/87), ook als zulks ertoe leidt, dat de herinvesteringsreserve wordt toegevoegd aan de winst van een jaar na dat waarin de onderneming is gestaakt (vgl. HR 1 maart 1995, nr. 29 636, BNB 1995/175). De winst van belanghebbende is derhalve terecht verhoogd met het bedrag van de herinvesteringsreserve. Het hoger beroep van de Inspecteur is gegrond.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BY1986
Geef een reactie