Aan bestuurder van een stichting uitgekeerd voordeel vormt resultaat uit een werkzaamheid. Belanghebbende en B vormen samen het bestuur van een stichting. De stichting heeft een aantal panden aangekocht en bij de aankoop een voorkeursrecht van koop verleend aan de twee bestuurders. In 2008 heeft de stichting de panden verkocht aan een derde en de met de verkoop gerealiseerde winst uitgekeerd aan belanghebbende en B. De rechtbank oordeelt dat niet belanghebbende en B, maar de Stichting economisch en juridisch eigenaar van de panden was, zodat aannemelijk is dat belanghebbende het in 2008 door de stichting uitbetaalde voordeel heeft genoten in zijn positie als bestuurder van de stichting. De inspecteur heeft dit voordeel dan terecht als resultaat uit overige werkzaamheden in 2008 in de heffing betrokken.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BY9148
Geef een reactie