Ouders dragen landbouwgrond aan kinderen over onder voorbehoud van een pachtrecht in gebied waarvan bestemming mogelijk wordt gewijzigd in die van woningbouw. In dezelfde periode zijn gronden aan projectontwikkelaars verkocht tegen een prestatie bestaande uit een initiële betaling alsmede een betaling op termijn indien het bestemmingsplan binnen die termijn wordt gewijzigd. In geschil is de waarde in het economische verkeer van het overgedragene ten tijde van de overdracht? De Inspecteur stelt dat in de aanlooptermijn naar een (mogelijke) wijziging van de bestemming tot woningbouw ook reeds waardestijgingen van grond plaatsvinden en oordeelt dat de transactie niet zakelijk is geschied. Hof houdt de zaak aan voor advies door deskundige. Deskundige concludeert dat aan de door projectontwikkelaars in de markt overeengekomen nabetalingsverplichting bij realisatie van de bestemmingswijziging naar woningbouw, geen waarde kan worden toegekend in het kader van de vaststelling van de waarde in het economische verkeer. Hof volgt de Inspecteur in diens stelling dat aan de nabetalingsverplichting wel waarde kan worden toegekend en verwerpt het rapport van de deskundige. Het Hof verwerpt ook het rapport van de in eerste aanleg door de Rechtbank benoemde deskundige en stelt de waarde in het economische verkeer van het overgedragene in goede justitie vast na vergelijking met een aantal transacties waarbij verschillende nabetalingen zijn overeengekomen.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=CA2537
Geef een reactie