Een platform dat zich (slechts) richt op het informeren en faciliteren van goede doelen voor hun fondsenwerving draagt indirect bij aan de behartiging van het algemeen belang. Zo’n platform is om die reden geen anbi, oordeelt Advocaat-Generaal IJzerman.
Een stichting heeft volgens haar statuten ten doel om zonder winstoogmerk via fondsenwervende (internet)concepten goede doelen te ondersteunen en een (geldelijke) bijdrage te leveren aan deze goede doelen. De stichting verzamelt en verspreidt daartoe kennis voor de aangesloten goede doelen en biedt ze een crowdfundingplatform en betaalmodule. Hof ’s-Hertogenbosch vond dat de stichting (indirect) bijdroeg aan het algemeen belang door het faciliteren van de goede doelen, voor 90% anbi, die daardoor meer inkomen konden genereren. Het platform was volgens het hof een steunstichting en daardoor een anbi. De Staatssecretaris ging tegen dit oordeel in cassatie en betoogde dat de stichting een loketinstelling was in de zin van het besluit van 19 december 2014 en om die reden géén anbi was. A-G IJzerman is van oordeel dat de stichting in principe wel een steunstichting kan zijn. Dat zou kunnen worden beoordeeld na eventuele verwijzing. Hij concludeert echter toch niet tot verwijzing. Dit omdat volgens hem uit wetsgeschiedenis en jurisprudentie ook blijkt dat activiteiten van een anbi rechtstreeks moeten bijdragen aan een algemeen belang én zich niet mogen richten op een besloten groep. Nu de stichting slechts indirect bijdraagt aan de algemene belangen van de aangesloten anbi’s, is de stichting volgens de A-G toch geen anbi. De A-G adviseert het cassatieberoep gegrond te verklaren.
Wet: artikel 5b, eerste lid, onderdeel a, ten eerste, AWR; artikel 5b, lid 3, onderdeel m, AWR;
besluit van 19 december 2014, BLKB2014/1415M
Meer informatie: Parket bij de Hoge Raad, 28 oktober 2015 (gepubliceerd 20 november 2015), ECLI:NL:PHR:2015:2256
Geef een reactie