Het hoge btw tarief voor elektronische boeken, kranten e.d. blijft lidstaten tegen de borst stuiten. A-G Kokott vindt dat de Europese wetgever nog wel even mag talmen met aanpassing van de btw-richtlijn. Dit concludeerde de A-G in reactie op de vraag van het Pools grondwettelijk hof er geen strijd was met het beginsel van gelijke behandeling.
De keuze voor het wel of niet mogen toepassen van een verlaagd tarief ligt uitdrukkelijk bij de Europese wetgever, constateerde Kokott. Die bepaalt immers in de richtlijn uitdrukkelijk voor welke producten een verlaagd tarief mag worden toegepast. Aan de hand van het doel van de regeling moest daarom eerst worden bepaald of fysieke en elektronische boeken vergelijkbaar zijn. Aangezien het doel van het verlaagde tarief educatief is, is dat het geval. Vervolgens ging Kokott na of het verschil in behandeling desondanks gerechtvaardigd is. Ook dat is het geval vond Kokott. Het verbod op verlaagde tarieven voor elektronische diensten had tot en met 31 december 2014 enerzijds tot doel de fiscale verplichtingen van buiten de Unie gevestigde belastingplichtigen te vereenvoudigen en moest anderzijds schadelijke belastingconcurrentie tussen de lidstaten voorkomen; sinds 1 januari 2015 beoogt het verbod alleen nog de vereenvoudiging van de fiscale verplichtingen, maar dan voor de hele markt van elektronische diensten. Was dat dan geen duur betaalde eenvoud? Nee, constateerde Kokott. Onder meer omdat de Europese Unie aanpassing nog steeds onderzoekt, kon ook dat door de beugel. Bovendien zijn elektronische boeken goedkoper te produceren en distribueren, zodat zij makkelijk het btw verschil kunnen compenseren in de consumentenprijs.
Kranten en andere producten?
Tot slot beoordeelde Kokott of een overeenkomstige redenering mogelijk is voor andere producten die fysiek een laag tarief hebben en voor elektronische publicatie een hoog tarief, zoals kranten. Die zijn concludeerde Kokott in gedrukte en elektronische versie, in tegenstelling tot boeken, niet vergelijkbaar. Ze concurreren niet noodzakelijkerwijs. Al met al is het verschil in tarief ook voor deze producten gerechtvaardigd. Deze conclusie is in lijn met de eerdere discussie over elektronische kranten.
Meer informatie: Hof van Justitie 8 september 2016, C-390/15
Geef een reactie