Een tenaamstelling op een aanslag in het recht van successie (erfbelasting) die niet helemaal klopt is geen toonbeeld van zorgvuldigheid. Dit is volgens Hof Amsterdam echter onvoldoende reden om de aanslag te vernietigen.
De erfgenamen van een erflaatster vonden dat de definitieve aanslag in het recht van successie niet rechtsgeldig was. Deze aanslag zou namelijk gebaseerd zijn op de voorafgaande aangifte, de correspondentie en de eerdere (voorlopige) aanslag waarop in de tenaamstelling het voorvoegsel ‘de’ ontbrak. Volgens de erfgenamen moest de definitieve aanslag wegens deze fout worden vernietigd. Ook het hof meende dat de fiscus deze aanslag onzorgvuldig had behandeld. Toch bevestigde het hof het oordeel van de rechtbank dat de onvolkomenheid in de tenaamstelling te gering was om de aanslag te vernietigen. Het hof vond dat er redelijkerwijs geen misverstand kon ontstaan over de vraag wie de erflaatster was. De tenaamstelling op de definitieve aanslag was bovendien wel juist vermeld. Ook hadden de erfgenamen ter zitting verklaard dat zij ook wel wisten dat de aan deze aanslag voorafgaande stukken over de verkrijging uit de nalatenschap van de erflaatster gingen. De definitieve aanslag bleef dus in stand.
Meer informatie: Hof Amsterdam, 8 december 2011 (gepubliceerd 14 maart 2012), LJN: BV8720
Geef een reactie