Een poging om met beroep op het overgangsrecht een vermindering van het eerder betaalde schenkingsrecht (tegenwoordig schenkbelasting) te krijgen, mislukte hopeloos. Ondanks dat de 2-jarige dochter pas vanaf haar 18e recht zou krijgen op het trustvermogen, mocht de inspecteur de aanslag van € 18 miljoen handhaven.
In de zaak die bij Rechtbank Haarlem speelde ging het om een vader die een trust naar het recht van de staat New York had opgericht. In de Trust Agreement was onder meer bepaald dat de op dat moment 2-jarige dochter pas later recht zou krijgen op het vermogen. Op zijn vroegst vanaf haar 18e levensjaar in 2017 als zij een testament kon maken of vanaf haar 21e levensjaar in 2020 als zij voor het eerst een actueel en afdwingbaar recht van 2% per jaar op het trustvermogen had. Op haar 50e zou het hele vermogen aan haar zijn uitgekeerd. De rechter vond echter dat de dochter ook al op het moment dat het trustvermogen werd ingebracht een concreet juridisch afdwingbaar recht had op het totale trustvermogen. Het was hiervoor voldoende dat vaststond dat de afspraken in de toekomst opeisbaar waren. De rechter liet de aanslag schenkbelasting van € 18 miljoen in stand.
Meer informatie: Rechtbank Haarlem, 21 december 2011 (gepubliceerd 3 februari 2012), LJN: BV2797
Geef een reactie