Bijna 200.000 bedrijven, ruim 10 procent van het totaal, hebben in totaal ruim € 16 miljard schuld bij de Belastingdienst. Het gaat met name om cafébazen, restauranthouders en kledingwinkels. Het betalen van de uitgestelde belasting kan een groot probleem worden.
Vooral het betalen van de omzetbelasting en personeelskosten – de loonheffing, sociale premies en inkomstenbelasting – is vaak uitgesteld. Dat blijkt uit een onderzoek van ABN Amro. De belangrijkste zorg is volgens de bank dat de grootste pijn bij een beperkte groep bedrijven zit.
Bij veel bedrijven kan het betalen van uitgestelde belastingen een probleem worden. Zo loopt de schuld bij restaurants gemiddeld op tot negen keer de gemiddelde maandelijkse bedrijfswinst. Zouden zij deze schuld binnen de door de fiscus gestelde 36 maanden moeten terugbetalen, dan kost dat ze bijna een kwart van de winst per maand. Voor schoenenwinkels wordt de gemiddelde belastingafdracht opgevoerd tot 39 procent van de maandelijkse winst.
De Belastingdienst stuurde eind april een brief naar ondernemers met het dringende advies alsnog verlenging aan te vragen van bijzonder uitstel betaling belasting als dat nog niet is gedaan. Dit kan nog tot en met 30 juni 2021.
Het ministerie van Financiën kijkt naar het verder opschuiven van de datum waarop met terugbetalen moet worden gestart, mogelijk naar zomer 2022. Ook wordt nagedacht over een langere terugbetalingstermijn, tot vijf jaar, terwijl de beroepsgroepen het liefst tien jaar zouden zien. Staatssecretaris Vijlbrief heeft aangegeven vooralsnog niets te voelen voor kwijtschelding. Haagse bronnen verwachten dat het kabinet rond 21 mei een nieuw plan presenteert.
Bron: diverse media, 17 mei 2021
Online cursus Staken van de onderneming: (turbo)liquidatie, WHOA liquidatie akkoord
In welke situatie geldt de gewone liquidatieprocedure, wanneer de turboliquidatie procedure en wanneer moet een faillissement aangevraagd worden. En hoe kan een WHOA liquidatie akkoord helpen om een faillissement te voorkomen en de rechtspersoon netjes te liquideren. De turboliquidatie lijkt een aantrekkelijke ontbindingsmogelijkheid, maar is niet risicoloos. De docent staat stil bij de positie van de onbetaald gebleven schuldeisers na (turbo)liquidatie, alsmede de positie van het bestuur en de aansprakelijkheidsrisico’s.
Geef een reactie