Het bescheiden salaris dat een bv betaalde aan de directeur-grootaandeelhouder en zijn echtgenote mocht gelet op de beperkte tijdsbesteding aan de activiteiten voor de bv, de behaalde resultaten, en de aard van de verrichtte werkzaamheden gehandhaafd blijven. Een hoger loon was volgens Hof Den Haag niet aannemelijk.
Het echtpaar verrichtte werkzaamheden voor een bv die slechts drie tot zes arbeidskrachten uitleende aan derden voor lange termijn projecten in de installatietechniek. Volgens de inspecteur was de gebruikelijkloonregeling van toepassing op beide echtelieden. De bv kreeg daarom naheffingsaanslagen opgelegd voor de jaren 2006 tot en met 2009. De inspecteur ging daarbij uit van het gebruikelijk loon dat in die jaren gold. Het hof vond dat het door de bv aan het echtpaar betaalde loon gebruikelijk was. De bv hoefde niet twee maal het gebruikelijk loon van € 43.000 (bedrag in 2013) uit te betalen, aangezien de dga de hoofdwerkzaamheden verrichtte en de feitelijke leiding had, terwijl de echtgenote niet meer dan ondersteunende werkzaamheden verrichtte. De bv had bij het vaststellen van het loon van de dga rekening gehouden met het feit dat het drijven van de onderneming niet veel tijd in beslag nam (maximaal 20 uur per week), de leeftijd van de dga en zijn slechte gezondheid. Dit leidde tot het oordeel dat de dga een salaris genoot dat was gerelateerd aan het aantal uren dat hij per week werkzaam was voor de onderneming, de financiële positie van de onderneming, zijn functie en de daarbij behorende verantwoordelijkheid en zijn persoonlijke situatie.
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag, 1 mei 2013 (gepubliceerd op 21 juni 2013), LJN: CA3998
Geef een reactie