Als een ab-houder een flink dividend uit zijn B.V. ontvangt, moet hij dat opmerken, zelfs als zijn administratie in beslag is genomen. Als de ab-houder en zijn partner in zo’n geval beiden geen ab-inkomen opgeven, mag de Belastingdienst niet alleen het ab-inkomen vaststellen, maar ook het ab-inkomen gelijkelijk over beide partners verdelen.
Zo was een vrouw in hoger beroep gegaan bij Hof Arnhem-Leeuwarden toen de inspecteur bij het opleggen van haar aanslag inkomstenbelasting over 2011 was afgeweken van haar aangifte. De vrouw had in haar aangifte alleen inkomen uit werk en woning opgegeven. Haar echtgenoot had bij zijn aangifte opgegeven dat zijn inkomens uit alle boxen nihil was. Zijn holding had echter in 2011 gedurende vier maanden in totaal € 750.000 aan dividend uitgekeerd. Daarnaast was sprake van overig inkomen uit aanmerkelijk belang van € 260.000 dat niet ter discussie stond. Het hof oordeelt dat het echtpaar zich bewust was van het feit dat te weinig inkomen uit box 2 en box 3 was opgegeven. Het ging immers om zulke aanzienlijke bedragen dat ze ondanks het feit dat de administratie van de man in beslag was genomen niet waren te missen. Het echtpaar heeft dus niet voldaan aan de aangifteplicht. Bovendien oordeelt het hof dat de inspecteur het inkomen uit aanmerkelijk belang in de verhouding 50%-50% mag toerekenen aan de vrouw en haar echtgenoot.
Wet: artt. 2.17, derde en vijfde lid en 4.13 Wet IB 2001
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag 30 maart 2018 (gepubliceerd 4 april 2018), ECLI:NL:GHDHA:2018:647
Geef een reactie