De staatssecretaris van Financiën heeft het besluit met beleid over het vermijden van dubbele belasting onder de toepassing van de belastingverdragen, het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 en andere regelingen ter vermijding van dubbele belasting geactualiseerd.
Dit beleidsbesluit is een actualisering van het besluit van 18 april 2023, nr. 2023-2897 (Stcrt. 2023, 12301)
In dit besluit is het beleid over de (technische) wijze van bepaling van de vermindering geactualiseerd. De volgende onderdelen zijn toegevoegd aan dit besluit:
- in aanmerking te nemen kosten bij berekening 2e limiet (onderdeel 3.2.2.1);
- berekening 2e limiet bij wijziging van het vennootschapsbelastingtarief bij een van het kalenderjaar afwijkend boekjaar (onderdeel 3.2.2.2);
- geen kostenaftrek voor fictieve bronbelasting (tax sparing credit) (onderdeel 3.6.4).
Verder is een tweetal aanpassingen aangebracht in verband met wijzigingen in het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 per 1 januari 2025. De goedkeuring voor de verrekening van buitenlandse belasting op sporters- of artiesteninkomsten in de vennootschapsbelasting is toegespitst op de boekjaren die zijn aangevangen vóór 1 januari 2025 (onderdeel 3.5.1). Daarnaast is de goedkeuring die ziet op de keuze voor kostenaftrek in verdragssituaties uitgebreid naar buitenlandse (bron)belasting die drukt op voordelen en inkomsten van sporters en artiesten die opkomen in een vennootschap (onderdeel 3.6.2.).
De overige wijzigingen zijn van redactionele aard. Hiermee zijn geen inhoudelijke wijzigingen beoogd. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. Het besluit van 18 april 2023, nr. 2023-2897 is ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.
Bron: Besluit van 13 december 2024, nr. 2024-31576, Ministerie van Financiën, Stcrt. 2024, 38766
Geef een reactie