Iemand mag voor hetzelfde feit niet zowel tegen een vergrijpboete als een taakstraf aanlopen. Het is wel mogelijk dat hij beide straffen krijgt voor handelingen in verschillende periodes.
Twee echtgenoten en hun dochter dreven in de periode 2015 tot en met 2018 een onderneming via een vof. De onderneming bestond uit de exploitatie van een kledingwinkel. Op 8 augustus 2018 kondigde de fiscus aan bij de vof een boekenonderzoek te houden. Daarbij zou de aanvaardbaarheid van de btw-aangiften over de tijdvakken in de periode 2014 – 2017 centraal staan. Aan de hand van het onderzoek constateerde de fiscus dat de vof te veel btw had afgetrokken. De inspecteur legde daarom de vader een naheffingsaanslag omzetbelasting op. Bovendien kreeg de man een vergrijpboete opgelegd van 50% van de nageheven btw. Verder verklaarde de strafrechter hem schuldig aan het meermaals opzettelijk indienen van een onjuiste aangifte. De rechter veroordeelde de man tot een taakstraf van 240 uren en een gevangenisstraf van drie maanden voorwaardelijk. De man stelde nu dubbel gestraft te worden, wat in strijd is met het una via-beginsel.
Geen strijdigheid met una via-beginsel
Rechtbank Zeeland-West-Brabant wijst echter het beroep van de man af. De taakstraf is namelijk opgelegd vanwege het indienen van onjuiste aangiftes over de periode van 2014 tot en met 2017. De vergrijpboete die de inspecteur heeft opgelegd ziet op de tijdvakken in 2018. In beginsel is de vergrijpboete terecht opgelegd. Maar de rechtbank vindt de hoogte niet gepast. De man heeft wel twee keer het traject van een ‘criminal charge’ moeten ondergaan. De strafbare feiten behoren bovendien tot het zelfde feitencomplex. Daarom matigt de rechtbank de vergrijpboete met 10%.
Wet: art. 67 AWR
Geef een reactie