Als een bv in haar administratie voor de vennootschapsbelasting een auto aanmerkt als privé-eigendom van haar dga, kan zij de btw toch aftrekken als voor de rest duidelijk blijkt dat zij de eigenaar is.
Zo had een bv die managementdiensten aanbood het grootste deel van een factuur vanwege de levering van een Volvo betaald. Een deel van het factuurbedrag werd verrekend vanwege een inruil van de privéauto van de dga van de bv. De bv trok de btw over de Volvo af en paste ook correcties toe omdat de dga de auto mede voor privédoeleinden gebruikte. De bv rekende de auto niet toe aan haar ondernemingsvermogen in de administratie voor de vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting en evenmin voor de loonadministratie. De inspecteur stelde dat de auto niet was geleverd aan de bv maar aan de dga. De fiscus wilde daarom de afgetrokken btw naheffen van de bv. Maar Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelde dat de auto wel degelijk was geleverd aan de bv. De factuur stond op naam van de bv, de bv had het grootste deel van de factuur betaald en de auto laten verzekeren. Ook het kenteken van de Volvo stond op naam van de bv. De bv had al met al de macht om als eigenaar te beschikken over de Volvo. Dat dit niet zo was verwerkt in de administratie voor de vennootschaps-, inkomsten- en loonbelasting, deed daar niets aan af. De rechtbank verwierp ook de subsidiaire stelling van de inspecteur dat de bv de auto had doorgeleverd aan haar dga. De rechter vernietigde daarom de naheffingsaanslag.
Wet: artikelen 3, eerste lid, onderdeel a en 15, eerste lid Wet OB 1968
Meer informatie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 4 september 2014 (gepubliceerd 6 november 2014), ECLI:NL:RBZWB:2014:6712
Geef een reactie