Hof Den Haag heeft duidelijk gemaakt dat een bv de kosten van een maatschap in beginsel alleen kan aftrekken via haar aandeel in de maatschap. Kan de bv buitenmaatschappelijke kosten aantonen, dan kunnen deze ook aftrekbaar zijn.
Net zoals natuurlijke personen kunnen ook bv’s en andere rechtspersonen deelnemen aan een vennootschap onder firma (vof) of een maatschap. In dat geval mag de bv niet meteen de kosten van de maatschap aftrekken. Eerst moet men het resultaat van de maatschap bepalen, waarbij natuurlijk ook de kosten aan bod komen. Vervolgens kunnen de maten hun aandeel in het resultaat berekenen op basis van hun winstgerechtigdheid. Als een maat kosten voor de maatschap maakt, die buiten de maatschap om zijn gegaan, is sprake van zogenoemde buitenmaatschappelijke kosten. In het geval van een vof spreekt men van buitenvennootschappelijke kosten. Buitenmaatschappelijke en buitenvennootschappelijke kosten zijn aftrekbaar, maar het hof heeft benadrukt dat de maat of vennoot moet wel kunnen aantonen dat hij deze kosten ook echt heeft gemaakt. Bovendien mogen deze kosten niet al zijn verwerkt in het resultaat van de maatschap of de vof.
Wet: artikel 3.8 IB 2001 en artikel 8 Vpb 1969
Meer informatie: Hof Den Haag, 3 januari 2012 (gepubliceerd 13 februari 2012), LJN: BV3727
Geef een reactie