Het besluit met beleidsregels voor belastingen op milieugrondslag is herzien. Aanleiding voor de herziening is een verduidelijking van de toepassing van de complexbepaling voor de energiebelasting, specifiek voor onder andere waterschappen en kabelexploitanten.
Waterschappen
De complexbepaling betekent voor waterschappen dat de leveringen van elektriciteit, nodig voor het transport van riool(afval)water naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie en voor de zuivering van dat water in die installatie, als levering van elektriciteit via één aansluiting wordt aangemerkt, mits de objecten waaraan elektriciteit geleverd wordt in eigendom en in gebruik zijn bij het waterschap.
Kabelexploitanten
Het aaneengesloten geheel van kabelnetwerk, versterkers en elektriciteitsafleveringspunten ten dienste van de verdeling en versterking van de signalen wordt voor de energiebelasting als één onroerende zaak aangemerkt, voor zover de onderdelen ervan in eigendom en in gebruik zijn bij één en dezelfde (rechts)persoon. De overige elektriciteitsafleveringspunten die bij de kabelexploitant in gebruik zijn, zoals bijvoorbeeld in kantoorgebouwen, worden niet tot die onroerende zaak gerekend. Dit laatste geldt in ieder geval voor alle objecten waarvoor een afzonderlijke WOZbeschikking is afgegeven.
Overige wijzigingen
Naast de verduidelijking van de complexbepaling is het besluit aangevuld met een passage over de toerekening van oplaadpunten voor elektrische voertuigen en is de goedkeuring voor de afvalstoffenbelasting inzake het verhoudingsgetal verduidelijkt. Het verlaagd tarief uit de goedkeuring inzake ondernemerschap van leden van coöperaties en vereniging van eigenaars is komen te vervallen. Als gevolg van de wijziging van de wet per 1 januari 2015 heeft deze goedkeuring haar belang verloren. Voor de belasting op leidingwater is de goedkeuring in verband met de overgangsregeling voor 2014 vervallen.
Meer informatie: BLKB2015-370, AM, Belastingen op milieugrondslag
Geef een reactie