Het CPB heeft een onderzoek naar de effecten van de invoering van de bronbelasting gepubliceerd. De belangrijkste conclusie van dit onderzoek is dat Nederland inderdaad minder aantrekkelijk wordt als doorsluisland voor renten en royalty’s na invoering van de bronbelasting.
Om te voorkomen dat Nederland nog langer wordt gebruikt als toegangspoort naar laagbelastende jurisdicties en om het risico van belastingontwijking door het verschuiven van de (Nederlandse) belastinggrondslag naar laagbelastende jurisdicties te verkleinen, stelt het kabinet voor om per 2021 een conditionele bronbelasting op rente- en royaltybetalingen naar laagbelastende jurisdicties en in misbruiksituaties (de bronbelasting) in te voeren. Het wetsvoorstel hiertoe is in behandeling door de Kamer.
Tarief winstbelasting
Het CPB constateert allereerst dat de belastingdruk op renten en royalty’s vooral wordt verminderd door omsluizen als het tarief van de winstbelasting in het bestemmingsland van de renten en royalty’s lager is dan het tarief van de bronbelasting van het land waar de renten en royalty’s vandaan komen (het bronland). Volgens Snel ondersteunt dit zijn beleid van het invoeren van een bronbelasting op renten en royalty’s naar laagbelastende landen. Juist in laagbelastende landen is het tarief van de winstbelasting immers vaak fors lager of verwaarloosbaar. De potentie voor belastingontwijking door omsluizen is dus vooral aanwezig in de situaties waar de bronbelasting zich op richt.
Verschillende scenario's
De belangrijkste conclusie van dit CPB-onderzoek is dat Nederland inderdaad minder aantrekkelijk wordt als doorsluisland voor renten en royalty’s na invoering van de bronbelasting. Het onderschrijft de verwachting van het kabinet dat er geen rente- en royaltystromen meer via Nederland direct naar laagbelastende landen gaan. Ook komen er minder omgesluisde stromen Nederland binnen. Nederland daalt daarom op de ranglijsten van landen met de potentie een doorsluisland te zijn. Het CPB gebruikt verschillende scenario’s om de potentiële belastingontwijking door omsluizen te benaderen. In bijna alle scenario’s daalt Nederland in de ranglijst van landen met belastingkenmerken om een potentieel doorsluisland te zijn. In het scenario waarin het meest rekening wordt gehouden met het risico op winstverschuivingen naar laagbelastende jurisdicties, wordt de Nederlandse rol als potentieel doorsluisland aanzienlijk kleiner. In veel scenario’s wordt Nederland meer vergelijkbaar met andere EU-landen.
Overige maatregelen
Snel hecht eraan op te merken dat het kabinet daarnaast meer maatregelen neemt om Nederland minder aantrekkelijk te maken als doorstroomland. Een belangrijke maatregel in dit verband is de introductie van de 'principal purposes test' in de Nederlandse belastingverdragen. Deze maatregel zorgt ervoor dat als een bedrijf een financiële stroom via een Nederlandse vennootschap laat lopen met belastingontwijking als een van de hoofddoelen, een bronland hiertegen kan optreden. De introductie van andere maatregelen, waaronder deze antimisbruikbepaling in belastingverdragen, is niet meegenomen in de vandaag gepubliceerde analyse van het CPB. Snel verwacht dat de introductie van de principal purposes test de mogelijkheden tot belastingvermindering via doorstroomvennootschappen in Nederland nog verder zal verkleinen.
Meer informatie: Ministerie van Financien, 11 november 2019
Geef een reactie