In beginsel moet de inspecteur aannemelijk maken dat de dga met het verstrekken van de lening of nadien een debiteurenrisico heeft gelopen dat een onafhankelijke derde niet zou hebben gelopen. De bewijslast hiervoor komt echter bij de dga te liggen als hij de vereiste aangifte niet heeft gedaan.
Een dga en zijn echtgenote hadden de aandelen in een holding. Deze holding had twee werkmaatschappijen. Een van de werkmaatschappijen had een schuld aan de directie (de dga en zijn echtgenote). De dga had geen aangifte inkomstenbelasting ingediend. Daarom legde de inspecteur een ambtshalve aanslag op. Vervolgens diende de dga alsnog een aangifte in, die de inspecteur als bezwaarschrift in behandeling nam. In deze aangifte waardeerde de dga de lening aan de werkmaatschappij af.
Geen bewijs
In geschil bij Rechtbank Den Haag is deze afwaardering. De rechtbank overweegt dat normaliter de inspecteur de onzakelijkheid van een lening moet aantonen. Hij moet dan aantonen dat de dga bij het verstrekken van de lening een debiteurenrisico heeft gelopen dat een onafhankelijke derde niet zou hebben gelopen. Omdat de dga niet de vereiste aangifte heeft gedaan, moet de dga doen blijken dat de lening zakelijk is. De dga kan volgens de rechtbank hiervoor geen bewijs leveren. De dga heeft enkel gesteld dat de lening is voortgevloeid uit afspraken die in het verleden zijn gemaakt, maar daarvan is geen enkel bewijs geleverd. Er is geen leningsovereenkomst, er zijn geen zekerheden, er zijn geen aflossingen geweest en de rente werd telkens bijgeschreven. Daardoor is de lening onzakelijk en kan de dga geen afwaardering toepassen.
Geen rente
In de aangifte had de dga ook een rentevordering opgenomen als tbs-resultaat. De rechtbank oordeelt echter dat de dga de rente niet had hoeven aan te geven. De rechtbank verwijst voor haar standpunt naar het arrest van de Hoge Raad van 15 maart 2013, ECLI:NL:HR:2013:BW6552 en verminderde de aanslag met de aangegeven rente.
Meer informatie: Rechtbank Den Haag 5 februari 2018 (gepubliceerd op 4 januari 2019), ECLI:NL:RBDHA:2018:13869
Geef een reactie