Er zijn enkele documenten (deels) openbaar gemaakt over het landelijke standpunt dat de Belastingdienst heeft ingenomen over de btw-sportvrijstelling voor zweefvliegen.
Tot de openbaar gemaakte documenten behoren e-mailberichten met het standpunt van MKB Utrecht over de btw-sportvrijstelling zweefvliegen.
‘Naar aanleiding van vragen van een ondernemer heeft MKB Utrecht het standpunt ingenomen dat ballonvaren en zweefvliegen niet onder de sportvrijstelling van artikel 11-1-e Wet OB 1968 vallen. Voor de sportvrijstelling geldt dat het begrip ‘sport’ ruim moet worden uitgelegd. Om van ‘sport’ te kunnen spreken is wet vereist dat het gaat om een activiteit die gepaard gaat met een niet te verwaarlozen lichamelijke component. Naar onze mening is de lichamelijke component bij ballonvaren en/of zweefvliegen te verwaarlozen en is de sportvrijstelling als gevolg hiervan niet van toepassing. De piloot en/of ballonvaarder bestuurt het luchtvaartuig, maar het uitsluitend bedienen van de instrumenten kwalificeert naar onze mening niet als een lichamelijke activiteit in de zin van de sportvrijstelling’.
Geef een reactie