Als de gemachtigde het zo druk heeft dat het niet lukt om een afspraak te maken voor een hoorzitting, kan de belastingrechter oordelen dat een overheidsorgaan mag afzien van een horing.
Een recente zaak voor Hof Den Haag toont een voorbeeld van een gemachtigde die het te druk had voor een horing. Deze gemachtigde had laten weten dat hij namens zijn cliënt gehoord wilde worden voordat de gemeente een beslissing nam over een aanslag parkeerbelasting. Op 4 oktober 2016 kreeg de gemachtigde een uitnodiging voor de hoorzitting op 25 oktober, met het verzoek vóór 18 oktober de uitnodiging schriftelijk te bevestigen. De gemachtigde stuurde geen bevestiging en verscheen evenmin op de hoorzitting. In plaats daarvan mailde hij op 26 oktober dat hij tot de 26e met verlof in het buitenland was en daarom niet kon reageren. Hij verzocht om een nieuwe hoorzitting. Toen de gemeente vroeg welke datum hem zou schikken, antwoordde de gemachtigde dat hij spoedig zou reageren. Daarbij gaf hij al aan het erg druk te hebben en niet vaak aanwezig te zijn. Dit merkte de gemeente ook toen zij een paar keer vergeefs contact zocht. Pas op 2 januari 2017 stelde de gemachtigde de gemeente in gebreke vanwege het uitblijven van een tijdige beslissing. Hij verzocht de gemeente om binnen twee weken een beslissing te nemen. Toen de gemeente deze beslissing nam zonder eerst een hoorzitting te houden, ging de gemachtigde in beroep.
Het hof oordeelt dat de gemeente gezien de ingebrekestelling van 2 januari 2017 ervan mocht uitgaan dat de belanghebbende geen behoefte meer had aan een hoorzitting. De gemachtigde bleek zelf evenmin concrete voorstellen te hebben gedaan voor een hoorzitting. Daarom oordeelde het hof dat het hoorrecht niet was geschonden.
Gebrek aan tijd herkenbaar? David Bakker verzorgt op 31 januari een Workshop Timemanagement voor fiscalisten. > Meer informatie en aanmelden
Meer informatie: Hof Den Haag 19 december 2017 (gepubliceerd 24 januari 2018), ECLI:NL:GHDHA:2017:4016
Geef een reactie