Als men een deel van een woning verhuurt, ook al is de woning niet juridisch gesplitst, dan kan men niet de gehele woning aanmerken als eigen woning. Het verhuurde deel van de woning is als zelfstandig aan te merken en maakt daarom geen deel uit van de eigen woning.
Dit heeft Hof Den Bosch geoordeeld in een zaak waarbij een man de rente van de totale op zijn woonhuis rustende hypothecaire lening in aftrek wilde brengen, ondanks het feit dat hij een deel van zijn woonhuis aan zijn zoon verhuurde. De woning was voor 50% eigendom van de man en voor 50% van zijn voormalige echtgenote. Naast de man woonde zijn zoon met diens gezin in het woonhuis. De zoon betaalde daarvoor huur aan zijn vader. Volgens de inspecteur kon niet het gehele woonhuis voor de man aangemerkt worden als eigen woning, aangezien geen sprake was van één woning die gezamenlijk in gebruik was bij de man en bij zijn zoon met diens gezin. Het gedeelte van de woning dat door de zoon en diens gezin werd gebruikt beschikte over een eigen voordeur en eigen voorzieningen. Het gedeelte van de woning dat in gebruik was bij de zoon en diens gezin behoorde bovendien niet bij het bij de man zelf in gebruik zijnde gedeelte van de woning, en was evenmin daarbij in gebruik en daaraan dienstbaar. Ook de stelling van de man dat hij samen met zijn zoon en diens gezin een gezamenlijke huishouding voerde, mocht niet baten. De rechter wees hem erop dat de huursituatie in de weg stond aan het gezamenlijk voeren van een huishouding. Het hof handhaafde de door de inspecteur gehanteerde verdeelsleutel, waarbij slechts 80% van de bij de man in eigendom zijnde onroerende zaak als eigen woning kwalificeerde.
Wet: artikel 3.111 Wet IB 2001
Meer informatie: Hof Den Bosch, 12 juli 2013, (gepubliceerd op 23 september 2013), ECLI:NL:GHSHE:2013:3032
Geef een reactie