Een mederekeninghouder is volledig bevoegd om over het saldo van een en/of-rekening te beschikken. Een leeggehaalde rekening door een partner voordat de bank wist van het overlijden kan de bank niet worden aangerekend oordeelde het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening.
Een man die in 2019 overleed hield twee en-/of-rekeningen aan bij de bank met een partner met wie hij niet gehuwd of geregistreerd was. Na zijn overlijden, maar voor de melding van het overlijden bij de bank, is het saldo van de en-/of-rekeningen weggeboekt (door de dochter van de partner). Na de melding van het overlijden zijn de en-/of-rekeningen opgeheven.
De zoon van de man beklaagt zich over de handelwijze van de bank en de beperkte informatievoorziening. Hij vordert vergoeding voor de kosten die hij heeft moeten maken, onder andere in een rechtszaak tegen de mederekeninghouder naar wiens rekening het saldo overgemaakt is. De commissie is van oordeel dat het beleid van de bank in beginsel aanvaardbaar is. De levensgezel is namelijk op grond van de voorwaarden zelf volledig bevoegd om over het saldo te beschikken, ook al was zij geen echtgenote of geregistreerd partner van de vader.
Aanpassen beleid
Ook is de zoon van mening dat de bank onderzoek had moeten doen naar de rekeningen omdat het overlijden pas na drie en een halve maand gemeld werd bij de bank. Volgens de commissie is het niet gebleken dat de consument daadwerkelijk schade geleden heeft als gevolg van deze vertraging. Het feit dat de bank uitging van het saldo op het moment van de melding van het overlijden, is dan ook geen grond om de schadevordering toe te wijzen. Wel verwacht de commissie dat de bank haar beleid op dit punt onder de loep neemt en zo nodig herziet, omdat het huidige beleid van de bank het risico met zich brengt dat partners en levensgezellen inderdaad een belang hebben om het overlijden zo laat mogelijk aan de bank te melden.
Bron: Kifid, 8 november 2021
Geef een reactie