Alleen examens die worden afgenomen voor btw-vrijgesteld onderwijs vallen onder de onderwijsvrijstelling. Het afnemen van examens (door derden) is namelijk een met het onderwijs samenhangende dienst, zo oordeelt Rechtbank Arnhem.
Sinds 1 januari 2010 komen alleen nog erkende instellingen voor de btw-vrijstelling voor de beroepsonderwijs in aanmerking. De rechter oordeelde dat het afnemen van examens niet valt onder het begrip onderwijs. Daarvoor was doorslaggevend dat voor het geven van onderwijs essentieel is dat kennis wordt overgedragen, terwijl het bij het examineren alleen gaat om toetsing van kennis. Wel is het examen zo belangrijk voor (het volgen van) een opleiding, dat het afnemen van een examen moet worden aangemerkt als een dienst die nauw samenhangt met de dienst van het aanbieden van het onderwijs, zo oordeelde de rechtbank. De dienst van het afnemen van het examen moet voor de omzetbelasting daarom het regime volgen van de dienst van het geven van het onderwijs waarop het examen betrekking heeft. Alleen voor onderwijs dat is vrijgesteld, geldt dan dat ook het bijbehorende examen is vrijgesteld. Als het onderwijs niet is vrijgesteld, is het bijbehorende examen ook niet vrijgesteld. Hierbij maakt het volgens de rechter niet uit of het examen wordt afgenomen door de partij die het onderwijs heeft gegeven of door een andere partij.
Wet: artikel 11, eerste lid, aanhef en onderdeel o Wet OB 1968 en artikel 8, tweede lid UBOB
Meer informatie: Rechtbank Arnhem, 23 april 2013 (gepubliceerd op 26 april 2013), LJN: BZ7951
Geef een reactie