Ook al is iemand financieel directeur en hoogste financiële persoon binnen een concern, dan nog kan het gebeuren dat hij onvoldoende op de hoogte is van belastingfraude binnen dat concern om daarvoor strafrechtelijk te worden veroordeeld.
In een zaak voor Hof Den Bosch had een B.V. met een vennootschap in Montenegro een overeenkomst gesloten. Volgens deze overeenkomst zou de Montenegrijnse vennootschap een vakantieresort in Montenegro leveren tegen een voorlopige verkooprijs van € 119 miljoen. Deze overeenkomst gaf echter niet de werkelijkheid weer; zij was vals. Doordat de B.V. de overeenkomst als bewijs gebruikte met betrekking tot het indienen van de aangifte vennootschapsbelasting, had zij een valse aangifte ingediend. De vraag was of deze fraude niet alleen was toe te rekenen aan de B.V., maar ook aan de (financieel) directeur van de moedermaatschappij van de frauderende B.V. Het hof oordeelde dat niet was bewezen dat de man daadwerkelijk was betrokken bij het opstellen van de overeenkomst. Hij had alleen maar administratieve handelingen verricht of laten verrichten.
Geen bewijs voorwaardelijke opzet
Vervolgens boog het hof zich over de vraag of sprake was van voorwaardelijke opzet. Daartoe was vereist dat de man zich willens en wetens had blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat te weinig belasting werd geheven. Daarbij was volgens het hof niet alleen vereist dat de man wetenschap had van de aanmerkelijke kans dat te weinig belasting zou worden betaald. Hij moest die kans ook op de koop toe hebben genomen. De enkele omstandigheid dat die wetenschap bij een verdachte aanwezig is of valt te veronderstellen, betekent niet automatisch dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het gevolg ook bewust heeft aanvaard. Aangezien de directeur niet substantieel was betrokken bij het opstellen van de valse overeenkomst, ontbrak bewijs dat hij wist van de intellectuele valsheid van de overeenkomst. Het hof sprak de man daarom vrij van dit ten laste gelegde feit.
Wet: artikel 69 AWR
Meer informatie: Gerechtshof Den Bosch 26 oktober 2017 (gepubliceerd 30 oktober 2017), ECLI:NL:GHSHE:2017:4678
Geef een reactie