Als iemand niet of te laat een aangifte erfbelasting indient, verspeelt hij daarmee nog niet zijn recht een beroep op de bedrijfsopvolgingsregeling uit de Successiewet. Een beroep op de bedrijfsopvolgingsregeling blijft mogelijk tot dat de aanslag erf- of schenkbelasting onherroepelijk vaststaat.
Op 15 december 2010 overleed de echtgenote van een dga. Het echtpaar was in algehele gemeenschap van goederen gehuwd en had drie kinderen. De erflaatster had een ouderlijke boedelverdeling in haar testament opgenomen. De dga moest aangifte erfbelasting doen vanwege het overlijden van zijn echtgenote. Hij stuurde pas een afschrift van de aangifte nadat de inspecteur een ambtshalve aanslag had opgelegd. Daartegen maakte de man bezwaar, maar weigerde de inspecteur informatie te verschaffen die nodig was om het bezwaar te beoordelen. De inspecteur heeft daarom de ambtshalve opgelegde aanslag gehandhaafd. In geschil bij Hof Amsterdam is of de vereiste aangifte is gedaan en de inspecteur de aanslag heeft gebaseerd op een redelijke schatting. Ook is in geschil of de bedrijfsopvolgingsregeling uit de Successiewet (BOR) van toepassing is.
Omkering en verzwaring bewijslast
Het hof is van mening dat de vereiste aangifte niet is gedaan. Het hof draait de bewijslast om. Bovendien moet de dga overtuigend aantonen waarom de aanslag erfbelasting onjuist is. In de aangifte was het aangegeven zuiver saldo negatief € 1,3 miljoen. De inspecteur beschikte over informatie dat het gezamenlijke vermogen van de man en zijn echtgenote € 80 miljoen was. Het hof is van oordeel dat de dga onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat in de door de inspecteur bepaalde waarde dubbeltellingen zitten. De dga heeft van de inspecteur ook alle gelegenheid gekregen om inlichtingen te verschaffen over de nalatenschap, maar heeft dat niet gedaan. De dga wist hoe de inspecteur tot de ambtshalve aanslag was gekomen. Daarom moet hij zich bewust zijn geweest dat met het alsnog doen van de aangifte erfbelasting hij het risico zou lopen dat de Belastingdienst een aanzienlijk bedrag aan erfbelasting niet zou kunnen heffen.
Beroep op BOR blijft mogelijk tot onherroepelijke aanslag
Hoewel het hof oordeelt dat de dga ook nog bij het hof een beroep op de BOR kan doen, baat dat de dga niet. Hij heeft volgens het hof onvoldoende gegevens overgelegd waaruit zou blijken dat hij aan alle voorwaarden voor toepassing van de BOF zou voldoen. Het hof handhaaft de ambtshalve aanslag erfbelasting van € 3,3 miljoen.
Wet: art. 25 en 27e AWR en art. 35b SW 1956
Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam 29 november 2019 (gepubliceerd 23 januari 2020), ECLI:NL:GHAMS:2019:4336
TIP: Basiscursus Estate Planning: in een dag alle aspecten van estate planning!
Geef een reactie