De staatssecretaris van Financiën heeft een actualisering van het besluit over de reikwijdte en toepassing van Tabel I bij de Wet op de omzetbelasting 1968 gepubliceerd.
De relevante inhoudelijke aanwijzingen betreffen:
- de toelichting op de volgende posten vervallen per 1 januari 2025: post a 2 (granen en peulvruchten die niet zijn te rangschikken onder post a 1), post a 3 (pootgoed bestemd voor de teelt van groenten en fruit), post a 4 (rundvlees, schapen, geiten, varkens en paarden enz.), post a 40 (beetwortelen), post a 41 (land- en tuinbouwzaden voor zover dienende voor de teelt van de in deze tabel genoemde producten en oliehoudende zaden), post a 43 (rondhout), post a 44 (stro en veevoeders), post a 45 (vlas) en post a 46 (wol, ruw en ongewassen) in verband met het afschaffen van deze posten in Tabel I bij de Wet op de omzetbelasting 1968;
- de toelichting op de volgende posten vervallen per 1 januari 2026: post a 29 (kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen enz.), a 30 (boeken, digitale educatieve informatie enz.), post b 2 (de uitlening van de in de post a 30 bedoelde goederen), post b 3 (het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden), post b 11 (het verstrekken van logies binnen het kader van het hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijf enz.), post b 14, onderdelen c, d en f (het verlenen van toegang tot openbare musea e.d., muziek- en toneeluitvoeringen, sportwedstrijden, sportdemonstraties e.d.), post b 17 (het optreden door uitvoerende kunstenaars) en post b 21 (het langs elektronische weg leveren of uitlenen van uitgaven als bedoeld in post a 30 e.d.) in verband met het afschaffen van deze posten in Tabel I bij de Wet op de omzetbelasting 1968;
- op grond van artikel LXII van de Wet van 18 december 2024 tot wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2025) (Stb 2024, 434) geldt voor bovenstaande posten die per 1 januari 2026 vervallen, het algemene tarief in geval van betalingen in 2025 voor prestaties die op of na 1 januari 2026 plaatsvinden; het algemene tarief geldt ook voor de btw die in 2025 verschuldigd is vanwege de overdracht van een voucher voor enkelvoudig gebruik als bedoeld in artikel 2a, eerste lid, onderdeel u, van de Wet op de omzetbelasting 1968, wanneer de voucher betrekking heeft op prestaties omschreven in bovenstaande posten die per 1 januari 2026 vervallen en het tijdstip van de feitelijke prestatie tegen inlevering van de voucher plaatsvindt op of na 1 januari 2026;
- post a 1 (voedingsmiddelen voor menselijke consumptie): naar aanleiding van jurisprudentie van het Hof van Justitie en de Hoge Raad zijn nadere aanwijzingen gegeven over het begrip voedingsmiddelen;
- post a 7 (diergeneesmiddelen): voor het begrip diergeneesmiddel wordt verwezen naar de gewijzigde Wet dieren en de daarin opgenomen verwijzing naar Verordening (EU) 2019/6;
- post a 29 (kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen enz.): de aanwijzing voor de toepassing van het verlaagde tarief op de levering van glicée afdrukken is aangepast; de goedkeuring voor instellingen voor kunstuitleen uit het Besluit toelichting tabel I van 28 augustus 20171 die gold voor lopende contracten van vóór 9 september 2017 vervalt met ingang van 1 januari 2026;
- post a 35 (kunstledematen enz): in onderdeel 14 (overige hulpmiddelen) is de aanwijzing over voet orthesen en voet prothesen verduidelijkt;
- post a 36 (hulpmiddelen die plegen te worden aangewend voor het onderhuids toedienen van insuline enz.): de goedkeuring voor in serie geschakelde batterijen voor insulinepompjes vervalt, dergelijke batterijen worden niet meer gebruikt voor de energievoorziening van insulinepompjes;
- post a 37 (katheters enz.): de aanwijzingen over katheters zijn verduidelijkt;
- post a 48 (sierteeltproducten); bomen en planten bestemd voor de tuinbouw en fruitteelt zijn geen sierteeltproducten en vallen niet onder de post;
- post b 3 (het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden): nadere aanwijzingen zijn gegeven over de reikwijdte van deze tabelpost voor wat betreft het geven van gelegenheid tot sportbeoefening;
- post b 8 (het schilderen en stukadoren van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van ingebruikneming): met ingang van 1 juli 2025 geldt voor alle panden die deels als woning en deels als bedrijfspand worden gebruikt, dat het verlaagde btw-tarief slechts van toepassing is voor het deel van het pand dat voor particuliere bewoning wordt gebruikt;
- post b 9 (openbaar vervoer, taxivervoer enz.): nadere aanwijzingen zijn gegeven over de reikwijdte van het begrip vervoer van personen;
- post b 10 (het geven van gelegenheid tot kamperen binnen het kader van het kamp- en vakantiebestedingsbedrijf): vanaf 1 januari 2025 is de reikwijdte van de post overeenkomstig de toelichting op het Belastingplan 2025 beperkt tot het gelegenheid geven tot kamperen door middel van het beschikbaar stellen van een perceel op een kampeerterrein;
- post b 11 (het verstrekken van logies binnen het kader van het hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijf): het verstrekken van logies in accommodaties op het terrein van een kamp- en vakantiebestedingsbedrijf, zoals (safari)tenten, stacaravans en semipermanente zomerhuisjes valt vanaf 1 januari 2025 overeenkomstig de toelichting op het Belastingplan 2025 onder post b 11;
- post b 14, onderdeel g (het verlenen van toegang attractieparken e.d.): de goedkeuring in onderdeel 9.5.4 voor recreatieve activiteiten op of in een sportaccommodatie vervalt per 1 januari 2026;
- post b 16 (de oplevering van roerende zaken als bedoeld in onderdeel a door degene die de zaken heeft vervaardigd): de goedkeuring voor de toepassing van het verlaagde tarief op het opfokken van dieren, het opkweken van planten, groente, e.d. vervalt;2
- post b 19 (het aanbrengen van op energiebesparing gericht isolatiemateriaal aan vloeren, muren en daken van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van ingebruikneming): het aanleggen van een groendak valt niet onder de post; het afwerken van de woning na het aanbrengen van op energiebesparing gericht isolatiemateriaal valt niet onder de post;
Ook is een aantal kennisgroepstandpunten in dit besluit opgenomen. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.
Bron: Besluit 23 december 2024, nr. 2024-35653, Ministerie van Financiën, Stcrt. 2024, 41782
Geef een reactie