Rechtbank Den Haag vindt het terecht dat de inspecteur een bijtelling voor privégebruik van een bestelauto in aanmerking heeft genomen. De ondernemer kan geen sluitende kilometeradministratie of andere bewijsmiddelen overleggen waaruit blijkt dat minder dan 500 km privé is gereden.
Een transportondernemer had voor de werkzaamheden in zijn onderneming een bestelauto. Nadat de Belastingdienst een onderzoek had ingesteld naar het privégebruik van de bestelauto een navorderingsaanslag. In deze aanslag was een bijtelling van 25% van de cataloguswaarde van de bestelauto opgenomen.
Verweer transportondernemer
Bij Rechtbank Den Haag is in geschil of de inspecteur terecht een bijtelling in aanmerking heeft genomen voor de bestelauto. De ondernemer stelt dat de bestelauto een zogeheten bakwagen is. Deze kan de ondernemer alleen gebruiken voor goederenvervoer. Bovendien parkeert de ondernemer de bestelauto na iedere werkdag buiten de woonwijk op een afgesloten terrein of loods. De ondernemer haalt dan vervolgens de bestelauto de volgende dag weer op.
Ontbreken kilometerregistratie fataal
De rechtbank stelt vast dat de ondernemer geen rittenregistratie of ander bewijsmiddel heeft overgelegd waaruit de gereden zakelijke kilometers en privékilometers kan worden afgeleid. De ondernemer heeft met zijn verklaring volgens de rechtbank niet overtuigend aangetoond dat alleen sprake is geweest van zakelijk gebruik van de bestelauto. De bijtelling voor privégebruik is dan ook terecht. De verwijzing naar de website van de Belastingdienst kan de ondernemer ook niet baten. Aan de algemene voorlichtende informatie op die website kan de ondernemer geen in rechte te beschermen vertrouwen ontlenen.
Meer informatie: Rechtbank Den Haag 16 september 2020 (gepubliceerd 3 december 2020), ECLI:NL:RBDHA:2020:9150, SGR 20/2516
Geef een reactie