Rechtbank Rotterdam oordeelt dat de gemeente Rotterdam de Tozo terecht heeft ingetrokken en teruggevorderd. De zelfstandige heeft ten onrechte verklaard aan het urencriterium te voldoen. Bovendien heeft de zelfstandige zijn inlichtingenplicht geschonden.
Een zelfstandige verzocht de gemeente Rotterdam om uitkeringen volgens de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Bij de aanvraag van de uitkeringen verklaarde de zelfstandige te voldoen aan de voorwaarde op jaarbasis ten minste 1.225 uur (urencriterium) aan zijn onderneming te besteden. Op grond van de aanvraag kende de gemeente Rotterdam een uitkering volgens de Tozo aan de zelfstandige toe.
Schending inlichtingenplicht
Aan het besluit van de gemeente de Tozo in te trekken en terug te vorderen ligt ten grondslag dat de zelfstandige zijn inlichtingenplicht heeft geschonden. De zelfstandige heeft ten onrechte verklaard aan het urencriterium te voldoen en heeft niet aangetoond ten minste 1.225 uur aan zijn onderneming te hebben besteed. Verder heeft hij niet duidelijk gemaakt wat zijn inkomsten zijn geweest. Daardoor heeft de gemeente het recht op bijstand niet kunnen vaststellen. Daar komt bij dat de zelfstandige ook nog gedetineerd is geweest.
Geen strijd met rechtszekerheidsbeginsel
De zelfstandige is het niet eens met de terugvordering en beroept zich op het rechtszekerheidsbeginsel. De gemeente heeft in strijd hiermee gehandeld door na drie toekenningen de bijstand terug te vorderen. Rechtbank Rotterdam is het niet met de zelfstandige eens. Om in aanmerking te komen moet een zelfstandige een aantal verklaringen afleggen of informatie verstrekken. Ook moet de zelfstandige op verzoek of onverwijld uit eigen beweging feiten en omstandigheden doorgeven aan de gemeente waarvan hij weet dat die van invloed zijn of kunnen zijn op het recht op bijstand. Dat heeft de zelfstandige niet gedaan, dus is er geen recht op Tozo.
Zesmaandenjurisprudentie niet van toepassing
De rechtbank verwerpt ook het beroep op de zesmaandenjurisprudentie. Deze is van toepassing bij een bevoegdheid van het bestuursorgaan om een onverschuldigd betaalde uitkering terug te vorderen, zoals in CRVB, 14 januari 2020 (ECLI:NL:CRVB:2020:176). De zelfstandige heeft zijn inlichtingenplicht geschonden. Daardoor was de gemeente verplicht om de Tozo terug te vorderen en is de zesmaandenjurisprudentie niet van toepassing.
Wet: art. 1, onderdeel b en art. 5 lid 1 Tozo
Geef een reactie