Voor toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet heeft de wetgever naast de bezitstermijnen ook voortzettingstermijnen gesteld. In de praktijk komen enkele knelpunten naar voren bij toepassing van de voortzettingstermijnen. Sommige situaties lijken materieel bezien erg op elkaar. Toch kan er voor de BOR-SW een groot verschil bestaan in belastingheffing.
In de bedrijfsopvolgingsregeling voor de Successiewet (BOR-SW) geldt voor de verkrijger een voortzettingstermijn. Degene die een onderneming, respectievelijk AB-aandelen verkrijgt krachtens schenking of vererving moet de onderneming minimaal vijf jaar voortzetten, respectievelijk de aandelen in bezit houden.
Soms inbreuk op voortzettingseis
Soms geldt een tegemoetkoming bij de toepassing van de voortzettingseis als de verkrijger de onderneming in een andere structuur wenst voort te zetten. Denk hierbij, net als bij de bezitseis, aan de inbreng van een onderneming in een B.V. of een aandelenfusie. Wanneer de verkrijger zijn verkregen onderneming geruisloos inbrengt in een B.V., tast dat de toepassing van de BOR niet aan. Bij het verkrijgen van ab-aandelen kan de verkrijger een gefaciliteerde aandelenfusie of juridische splitsing toepassen zonder dat dit gevolgen heeft voor de BOR. Reële bedrijfsopvolging vindt echter niet alleen plaats door een geruisloze inbreng of een fiscaal gefaciliteerde fusie. Eveneens kan een reële bedrijfsopvolging en voortzetting plaatsvinden door een ruisende inbreng of een niet-gefaciliteerde fusie door de verkrijger. Het is in strijd met de gedachte van een reële bedrijfsopvolging en voortzetting door alleen bij doorschuiffaciliteiten of gefaciliteerde fusies een inbreuk op de voortzettingstermijn toe te staan.
Meer informatie
Ook de voorwaarde dat de verkrijger enig aandeelhouder wordt na toepassing van de doorschuiffaciliteit werkt voor toepassing van de BOR-SW onnodig belemmerend uit. In Vakblad Estate Planning nummer 2019-60 gaan dr. Janet Ganzeveld en mr. Mariëlle Schuurman-van Nifterik verder in op diverse knelpunten van de voortzettingseis van de BOR-SW aan de hand van voorbeelden.
Nog geen abonnement? > Neem nu een kennismakingsabonnement voor € 45
Wet: art. 35b, 35c, 35d en 35e SW 1956 en art. 10 UR SE
Geef een reactie