Sluit een dga een onvoorwaardelijke koopovereenkomst met zijn vennootschap? Dan ontstaan op dat moment over en weer juridische afdwingbare verplichtingen. Als daarin een voordeel voor de dga schuilt dat de bv hem doet toekomen, wordt dit voordeel op het moment van sluiten van de overeenkomst ontvangen door de dga.
Een bv koopt op 6 november 2014 een appartementsrecht. Het appartementsrecht geeft recht op het gebruik van vier bovenwoningen. Op 8 juli 2015 heeft de bv een koopovereenkomst met haar dga gesloten voor de koop van twee woningen. Op 21 april 2017 zijn de woningen geleverd aan de dga. Volgens de Belastingdienst zijn de woningen tegen een onzakelijke prijs door de bv aan de dga overgedragen. Bij de aanslagregeling 2017 corrigeert de inspecteur de aangifte inkomstenbelasting van de dga daarom vanwege een uitdeling met € 37.400 inkomen uit aanmerkelijk belang.
Het geschil
Bij Rechtbank Noord-Holland is in geschil of sprake is van een uitdeling en zo ja, of de dga de uitdeling in 2017 heeft genoten.
Tijdstip genieten winstuitdeling
Volgens de rechtbank staat vast dat op 8 juli 2015 tussen de bv en haar dga een onvoorwaardelijke koopovereenkomst tot stand is gekomen. Dan ontstaan er over en weer rechten en verplichtingen. Als in die overeenkomst een voordeel schuilt voor de dga dat de bv hem doet toekomen, ontvangt de dga dit voordeel op het moment van het sluiten van de koopovereenkomst. Het inkomen uit aanmerkelijk belang is daarom ten onrechte in het jaar 2017 in aanmerking genomen door de inspecteur, dit moet 2015 zijn.
Bron: Rechtbank Noord-Holland 29 november 2022, ECLI:NL:RBNHO:2022:10747, 21/6927
Geef een reactie