Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant is de vereiste aangifte niet gedaan en wordt de bewijslast omgekeerd en verzwaard. De dga heeft niet kunnen aantonen dat de vereiste bevoordelingsbewustheid voor een uitdeling bij hem en de bv ontbrak.
Een dga was middellijk aandeelhouder van een bv. Deze bv verkocht occasions en voerde reparaties uit. In het laatste kwartaal van 2016 verkocht de bv ook cosmetica en elektronica-artikelen. Tijdens een boekenonderzoek kwam vast te staan dat de dga € 215.214 van de bv naar zijn privérekening had overgemaakt. De inspecteur heeft dit als uitdeling bij de dga belast. Tijdens de bezwaarfase is gebleken dat de dga € 39.165 heeft terugbetaald. Ook bleek dat de dga uit Dubai € 46.000 loon had ontvangen en niet aangegeven.
Gevolgen niet aangeven salaris
In geschil bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant is of de vereiste aangifte is gedaan en of sprake is van een regulier inkomen uit aanmerkelijk belang. De rechtbank concludeert dat de dga de vereiste aangifte niet heeft gedaan door een salaris van € 46.000 niet aan te geven. Daardoor is zowel relatief als absoluut te weinig belasting geheven. De dga had zich volgens de rechtbank bewust moeten zijn dat hierdoor een aanzienlijk bedrag aan verschuldigde belasting niet zou worden geheven. Nu de vereiste aangifte niet is gedaan, geldt voor de dga omkering en verzwaring van de bewijslast.
Redelijke schatting door inspecteur
Door de omgekeerde bewijslast moet de dga aantonen dat de betaling van de bv van € 215.214 aan hem in privé geen uitdeling van de bv is geweest. De dga geeft aan inkoopfacturen van de bv te hebben voorgeschoten. De rechtbank vindt dat de dga onvoldoende tegenbewijs heeft geleverd. De geconstateerde uitdeling van € 215.214 berust volgens de rechtbank op een redelijke schatting door de inspecteur.
Geef een reactie