Als aannemelijk is dat een belastingplichtige gedurende een periode over een buitenlandse rekening beschikte, mag de inspecteur daar vragen over stellen. Maar hij mag niet vissen naar informatie over andere, niet-gespecificeerde buitenlandse rekeningen alleen omdat misschien vermogen is overgeheveld. De fiscus zal dit vermoeden van overheveling moeten motiveren.
Omdat in een eerdere rechtszaak was gebleken dat een man eind 1996 beschikte over een aanzienlijk saldo op een Luxemburgse bankrekening, vond Hof Arnhem-Leeuwarden het aannemelijk dat de man in latere jaren nog steeds een saldo op deze rekening had staan. Zulke banksaldi zullen doorgaans niet plotsklaps verdwijnen. Daarnaast vroeg de Belastingdienst in een informatiebeschikking naar andere buitenlandse rekeningen. De inspecteur stelde dat het mogelijk was dat de man vermogen had overgeheveld van zijn Luxemburgse bankrekening naar een andere buitenlandse bankrekening. Dit vermoeden motiveerde de fiscus echter niet. Daardoor merkte het hof deze vragen aan als een ‘fishing expedition’. Dit vissen was niet toegestaan. Het hof paste de informatiebeschikking aan, zodat de man minder informatie hoefde te verstrekken.
Meer informatie: Hof Arnhem-Leeuwarden, 22 maart 2016 (gepubliceerd 1 april 2016), ECLI:NL:GHARL:2016:2285
Geef een reactie